4.3 Kindvolgsystemen

De ontwikkeling van kinderen wordt nauwkeurig gevolgd

Binnen de Peutergroep van IKC Magenta kennen we het KindObservatie en Registratieformulier (KOR) , een observatie-instrument van Kaleidoscoop. Aan de hand van de KOR is te zien hoe een kind zich ontwikkelt en waar het eventueel extra ondersteuning nodig heeft. De combinatie van ontwikkelingsgericht werken en de inzet van een mentor maakt dat belangrijke ontwikkelingsstappen en mogelijke achterstanden, worden gevolgd en indien nodig tijdig gesignaleerd. Indien nodig vervult de mentor, met toestemming van de ouders, een rol in het contact met andere professionals omtrent de ontwikkeling van het mentorkind.

Wanneer een peuter doorstroomt naar groep 1 wordt er door de mentor een overdrachtsformulier ingevuld en wordt dit met ouders in een gesprek besproken. Dit is een overdrachtsformulier dat in samenspraak met voorschoolse voorzieningen onder regie van de gemeente Hof van Twente is opgemaakt. Deze informatie over de peuter wordt tijdens een ‘warme’ overdracht (alleen met toestemming van de ouders) door de mentor met de leerkracht van groep 1 besproken voordat zij naar deze groep gaan. Indien gewenst kan deze overdracht plaatsvinden samen met ouders. Bij VVE kinderen wordt er gestreefd om altijd een overdracht samen met ouders te hebben.

Binnen het onderwijs wordt op bepaalde momenten in het jaar getoetst of en hoeveel een leerling is gevorderd. We hebben daarvoor een leerlingvolgsysteem. Na die toetsen wordt dan bepaald welk instructieniveau het beste bij het kind past. Deze toetsen staan los van de gebruikte methodes. We gebruiken momenteel toetsen op het gebied van de ontwikkeling van het jonge kind, rekenen/wiskunde, technisch lezen, spelling, begrijpend lezen en de sociaal-emotionele ontwikkeling

Groep 1-2:          Parnassys Leerlijnen
Groep 2: 

Parnassys Leerlijnen
Groep 3-8:  Cito Spelling, AVI, DMT, Rekenen en Wiskunde en Begrijpend lezen
Groep 7-8 Zie groep 3-8, Cito Spelling werkwoorden en Studievaardigheden.

Naast diverse toetsen wordt gebruik gemaakt van het protocol leesproblemen en dyslexie om risicogevallen vroegtijdig te signaleren.

Behalve de cognitieve ontwikkeling volgen we ook de sociaal en emotionele ontwikkeling van onze leerlingen. Het welbevinden van kinderen heeft immers een grote invloed op de ontwikkeling. Op IKC Magenta zien wij het dan ook als onze taak om leerlingen, waar mogelijk zo goed mogelijk te begeleiden met problemen op het sociaal en emotionele vlak. Het signaleren van problemen start bij de observaties door de leerkracht. De leerkracht ziet in de klas, op het plein, tijdens de gymles etc. veel kanten van de leerlingen. Uit deze observaties kan naar voren komen dat een leerling veranderd is, ergens problemen mee lijkt te hebben etc. Deze observaties neemt de leerkracht mee en worden besproken met de ouders.

Daarnaast vormen de uitslagen van een aantal onafhankelijke toetsen een duidelijk beeld van de ontwikkelingen van een leerling en de eventuele problemen die zich daarin voordoen. De volgende volgsystemen worden hiervoor gebruikt: 

  • Zien, in groep 1-8
  • Sociometrisch onderzoek, in groep 3-8

Met deze observaties en uitslagen wordt verder gekeken naar de oorzaak van gedrag. Dit gebeurt in een gesprek met ouders en eventueel de IB-er. Soms is nader onderzoek nodig om het gedrag inzichtelijk te maken. De oorzaak van de problemen kan heel duidelijk zijn, maar ook dieper liggen en daardoor moeilijk te achterhalen. In de gesprekken wordt gekeken of er een oorzaak gevonden kan worden Vervolgens wordt gezocht naar een juiste begeleiding van de leerling. Deze begeleiding kan zeer uiteenlopend zijn, van een extra aansporing in de klas tot een therapie bij een externe organisatie. De effecten van de begeleiding worden altijd geëvalueerd door school en met ouders. Wanneer is afhankelijk van de duur van de begeleiding. Wel zullen bij sociaal-emotionele problemen regelmatige gesprekken plaatsvinden met ouders om tussentijds te evalueren.